
Eigen Aas Eerst - Willem Barnas
Wijsheid of waanzin?
Vissen betekent aas maken en aas maken betekent vissen. Natuurlijk is het niet altijd zo eenvoudig, maar het een kan bij mij niet zonder het ander. Evenmin is het altijd een pretje, want wakker worden op een visafslag staat ook weleens tegen (zelfs als alleenstaande verkarperde) en er zijn ook momenten waarop ik helemaal geen zin heb in heel dat gesodemieter, maar ik doe het toch en telkens wanneer het laatste kooksel dan weer ligt te dampen onder de ventilator, hoor ik het in de verte al zachtjes een beetje fluiten. Dan is het al goed, want dan kan ik gaan uitspoken waar ik op heb zitten broeden.
Het is een hele vaste (voor)waarde. Altijd en overal. Een knappe stash eigen kwaliteit achter de hand doet ook veel minder aarzelen om iets aan te pakken, het duwt je richting het land van de karper. Precies zoals met eten uit eigen tuin. Dat eet grager. Iedereen die een tuintje heeft hoor je dat zeggen. Niemand die zeurt over zand of een beestje en doen ze dat wel, dan kom je ze zeker niet tegen aan de waterkant.
<.jpeg> Alsof je wakker wordt op een visafslag.

<.jpeg> In het land van de karper.

<.jpeg> Kassa.

<.jpeg> Zo is dat.

Wat een consument niet hoeft kan zijn ‘gouden greep’ zijn. Wat nooit in de winkel zal liggen maakt hij in zijn keuken of schuur. Zijn belang is vooral zijn visserij en hij kan daardoor doen wat anderen laten. Zelfs gedeeltelijk in functie van het aas vissen. Een aas dat niet hard genoeg wordt kun je uitsluiten, maar bijvoorbeeld ook alleen tijdens korte sessies gebruiken en er zo toch van profiteren. Dat maakt een aas-arsenaal breed en een visser bijzonder flexibel. Alleen je werklust, creativiteit en leergierigheid kunnen je beperken. Er hoeft geen prijs over de kop en één tevreden klant is genoeg. Geloof me alsjeblieft als ik zeg dat deze benadering zo nu en dan echt heel gek uit kan pakken. Juist in het huidige, gemiddeld vrij uniforme boilielandschap van €10,- tot €12,- per kilo zijn voor een gewiekste zelfdraaier grote verschillen mogelijk voor de helft van die prijs. Laat staan als hij er nog een of twee euro bijlegt.
<.jpeg> Zelf zoeken.

<.jpeg> Zelf vinden.

<.jpeg> En ook zelf fotograferen.

Vissen is geen sociaal gebeuren, zei een chef-boiliekok weleens, dus dat doe je vooral op jezelf en voor jezelf. Dat geldt ook voor het van tevoren strooien met dat unieke spul. Soms onderscheid je je er zo hard mee, dan komen ze erop en gebeurt er op ander aas wekenlang nog maar bar weinig tot niets. Soms schiet je je doel voorbij en wen je ze alleen maar aan het fenomeen ‘balletje’ en dat het vreten ervan weer iets minder vaak ellende oplevert, waardoor iedereen meer beet krijgt en een leuke tijd heeft. In een ander geval kun je gewoon niet tegen het geweld op of er in mee, dus dan moet je vooral slim zijn in plaats van sterk, wat ook in kan houden dat je het op een ander moment weer bekijkt en beter even elders je heil kunt zoeken. Dat is waarom naast feitelijke kennis en praktijkervaring, overzicht en interpretatie zo ongelooflijk belangrijk zijn. Het beste aas strandt op een verkeerde koers. Weten waar je staat, wat je ziet en wat je daarin het beste kunt doen met wat jij beheerst. Willem Peters koos ooit in een artikel van hem de omschrijving ‘bewust bekwaam’. Daar voeg ik liever helemaal niets meer aan toe.
<.jpeg> Eerst het schepnet in elkaar zetten.

<.jpeg> Ieder zijn kunstje.

<.jpeg> Kansen rollen.

Ik ben absoluut zo realistisch dat ik toegeef dat het altijd in meerdere of mindere mate een kwestie blijft van uitvissen; je blijft verrast worden, je gaat soms op je bek, maar als het goed is sta je steeds sneller op en ga je verder met wat wel werkte, houd je bepaalde vaste waardes aan en maak je een sprong als je daar een goede reden voor hebt. Zo werkt een experiment en het daarvan leren, het daarop bouwen. Door elke keer met één stap tegelijk iets te versleutelen en verdomd goed op te letten wat er vervolgens gebeurt. En je fantasie: “Wat zou er gebeuren als…?”.
Stel je nou eens voor dat je zoiets een substantieel aantal jaren achtereen met een klein beetje discipline en logica doet met bijvoorbeeld één type boilie, in plaats van dat je elk seizoen drie keer met een ander aas van een ander vist. Zo’n ver geëvolueerd wapen wordt tijdloos en dodelijk effectief. Daar zit je denk ik niet zo graag meer de hele tijd naast te hengelen.
Ik heb er plezier in om op die lange termijn met mijn visserij bezig te zijn. Omdat dat voor mij onderdeel van het vissen en visser zijn is. Mooie wateren doorgronden en begrijpen, leren aanpassen en doorzetten met mooie vissen als logisch gevolg, niet als enige doel. Zelf denken, zelf zoeken, zelf vinden en zelf doen. Ik wil een beest vangen met mijn eigen instinct, want ik heb niets anders en ik krijg ook niets anders meer. Ik ben ook nergens handiger in. Dat geldt ook voor mijn trucs en dus voor het aas.. Ik móet het zo doen, op mijn voorwaarden. Toen ik halverwege de jaren negentig na een aantal jaren van uitsluitend pen- en oppervlaktevissen ook statisch met boilies wilde gaan vissen, was dat voor deze toen ongeveer 15-jarige snotkoker niet te betalen, maar wel als ik alle werk zelf zou gaan doen, gewoon met de hand. Dat is nu nog steeds zo. Maar dat ik beter altijd mijn eigen aas kon blijven rollen, begreep ik al veel eerder. Daar hoefde toen al geen rekenmachine bij.
<.jpeg> Na eindeloos weigeren en provocerend voorbij zwemmen, in een keer raak met een 'natuurlijker' aas.

<.jpeg> Wel op hetzelfde aas, niet van de wekenlang bevoerde en hard lopende paar honderd meter.

Het is de punt van de pijl op mijn boog geworden. Die laat ik niet door een ander slijpen. Dat moet en wil en zal ik allemaal zelf doen. Met die punt schiet ik namelijk niet alleen steeds vaker raak, bij die punt besta ik. Misschien komt het daar vandaan, het oude levensbelang van het buit maken en de noodzaak van de zelf ontwikkelde wijze, ondanks de huidige tijd en mijn moment daarin. Ik maak dus geen boilies. Ik rol mijn kansen. Daar staat het voor mij gelijk aan. Niet per definitie beter aas, maar beter vissend aas. Een gezonde nuance. Laat mij daar maar in maar geloven. En mocht tegen die overtuiging in, op het allerlaatst als het licht uitgaat blijken dat ik mijn woning structureel voor niets heb lopen verzieken, dan heb ik het in ieder geval wel gedaan zoals ik dat wilde.
Wordt vervolgd.
Willem Barnas
<.jpeg> Zus van zeug, een tevreden klant.
